Pollitos
- Lynn
- 4 okt 2017
- 3 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 6 jan 2019

Woensdag, 4 oktober 2017
Dag vier in Costa Rica. Ik kan met enige trots zeggen dat het me elke dag een beetje beter afgaat. Heimwee heb ik niet, maar dat de dingen hier heel anders verlopen dan thuis, kan ik moeilijk ontkennen.
Maandag had ik om 7u ’s ochtends een oriëntatiegesprek bij de mensen van Maximo Nivel, de organisatie waarmee ik samenwerk. Na een veiligheidsbriefing, infosessie over de job en een rondleiding downtown San Pedro, vetrok ik samen met twee field managers naar mijn stek. Het kinderdagverblijf noemt “Pollitos”, wat zoveel betekent als “kuikentjes”. Om daar te geraken heb ik drie bussen nodig, de ene al iets wilder dan de andere, en dan nog een ferm stuk te voet. Mijn eerste indruk was eigenlijk niet zo positief. Ongeveer 35 kinderen samengepropt in een paarse kleine ruimte, met een tapijtje in ’t midden en een computerscherm om ze te entertainen. We kwamen toe in het midden van een heus zangspel en ondanks dat ik me redelijk zeker voelde over mijn Spaans, leek alles in het niets te verdwijnen. We bleven een uurtje of twee en dan namen de field managers me weer mee naar het kantoor, om mijn Spaanse test af te leggen.
Gisteren en vandaag was ik aan de beurt. Gisteren heb ik nog voornamelijk geobserveerd en geprobeerd om de kinderliedjes een beetje te leren. Het versje om de speeltjes op te ruimen heb ik nog niet onder de knie, maar ik kan wel al weg met het liedje tijdens springtouwmomenten. Oktober is de maand van de culturen en verschillende landen, dus mijn eerste taak vandaag was dan ook vertellen over België en de verschillen die er zijn met Costa Rica. Op de algemene vraag waar België is gelegen, kreeg ik de gekste antwoorden, maar toen ik zei dat we in Europa lagen, dan gingen de oogjes open. Toen even later dan ook een eurocent doorgegeven werd, voelden ze zich heel even miljonair. Kreetjes werden geslaakt bij Manneken Pis en ongeloof troef toen ik vertelde dat wij geen bergen hebben en ook niet elke dag 5x rijst eten. Dat België een koninkrijk is en dat het soms wel onder 0 graden wordt! Aangezien Engels geen officiële taal van België was, maakte Chinees misschien een kans? Of Russisch? Frans begrepen ze nog ergens, Duits deed vaag een belletje rinkelen, maar van Nederlands hadden ze nog nooit gehoord. En toch, ‘goeiemorgen’ kon iedereen vlekkeloos zeggen! Maar de kers op de taart was de video en bijhorend lied van Stromae, papaoutai.
Ik ben zeer zeker vriendjes aan ’t maken, want zodra ik de poort van Pollitos open, stormen minstens zeven schattigerds naar mij toe om mij te knuffelen, aan mijn t-shirt te trekken en te vragen of ik ook touwtje wil springen of wil helpen met die moeilijke puzzel. Ik heb al geleerd baby’s met één hand op te pakken terwijl een kleuter in mijn oren krijst en ik tegelijkertijd een zesjarige entertain door ze bijna dood te kriebelen. De liefde van een kind is makkelijk verdiend, ik moet gewoon glimlachen en mijn tong uitsteken. En toch is het niet de makkelijkste job, want een crèche zoals Pollitos zou zonder pardon in België gesloten worden. Niet omdat ze erg onveilig is, of omdat er geen liefde en aandacht is, maar omdat de ruimte voor het aantal kinderen gewoonweg te klein is, omdat de elektriciteitsdraden her en der verspreid liggen, ik sterk betwijfel dat de keuken door de kwaliteitsnormen zou geraken en omdat het ook gewoon erg jammer is dat er twee scharen zijn voor 35 kinderen en misschien 7 stukjes papier. Bij het maken van de sombrero’s vandaag was er ook plots geen lijm meer, waardoor een viertal kinderen ontgoocheld werd, en dat gaat door merg en been. Dan wil je als rijke Europeaan alle lijm opkopen die er hier te vinden is, want die glimlach op die bruine snoet, dat is eigenlijk wel waarvoor je ’t doet.
Vandaag was ook een impulsieve dag. Aangezien ik al drie dagen op rij flink mijn 700 bussen nam, kwamen die mij vandaag mijn strot uit. Deze ochtend ben ik dan ook 45 minuten gaan stappen om tot bij Pollitos te geraken, maar om dat elke dag te doen, is het misschien ook net niet dat. En toen ik die fietsenwinkel passeerde, … kocht ik een fiets. Zomaar, out of the blue, in deze miljoenenstad waar geen enkel normaal mens fietst. Ik heb nog niet veel aandacht naar me toe getrokken de voorbije dagen, maar créeme, die fiets deed heel wat hoofden omdraaien. Toen ik er dan heel bezweet mee thuiskwam (wie fietst hier ook in dit berggebied?? Hartslag 180 for sure), kwam mama Ivannia bijna niet meer bij.
Valiente, loca, impulsiva. Maar stiekem was ze ferm onder den indruk!

Comments